wielstel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wiel·stel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wiel zn en stel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wielstel | wielstellen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het wielstel o
- (techniek) aantal wielen die met elkaar verbonden zijn door een as
- Zes leden van het grondpersoneel duwden het vliegtuig aan zijn wielstel naar buiten. [1]
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord wielstel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.