Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • werf·re·ser·ve
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord werfreserve werfreserves
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de werfreservev / m

  1. (economie) groep van mensen die bepaalde werkzaamheden kunnen verrichten maar nog niet aan het werk zijn
    • Vorige week hebben 224 nieuwe 'redders aan zee' hun brevet ontvangen van gouverneur Paul Breyne. Werfreserve is er dus genoeg. [1] 
    • Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken vreest de komende maanden een toestroom aan asielzoekers en vraagt extra middelen om daarop voorbereid te zijn. De N-VA’er wil bovendien een werfreserve aanleggen om een dergelijke plotse stijging het hoofd te kunnen bieden, zo bleek woensdag in de Kamer. [2] 
    • In alle sectoren ziet de VDAB sinds een jaar het aantal vacatures spectaculair stijgen. “Daarbij zijn dé knelpuntberoepen technisch leidinggevenden, technici proces en productie, technici elektromechanica, tekenaars en vooral onderhoudsmechaniciens en elektriciens. Voor sommige van deze profielen zijn er bijna twee keer zoveel vacatures als mensen in de werfreserve, dus je kunt letterlijk meteen aan de slag.” [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

29 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen