wegenhulp
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- we·gen·hulp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wegenhulp | wegenhulpen |
verkleinwoord | wegenhulpje | wegenhulpjes |
Zelfstandig naamwoord
- de hulp die men krijgt wanneer het voertuig pech gekregen heeft
- De wegenhulp was binnen een kwartier ter plaatse.
- de organisatie die hulp verleend wanneer het voertuig pech gekregen heeft
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.