Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wa·ter·lo·per
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord waterloper waterlopers
verkleinwoord waterlopertje waterlopertjes

Zelfstandig naamwoord

de waterloperm

  1. (halfvleugeligen) insect uit de familie Hydrometridae   van de insecten die behoren tot de orde van de halfvleugeligen (Hemiptera  ). De groep werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Gustav Johan Billberg in 1820
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie