waterarm
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wa·ter·arm
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van water en arm
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | waterarm | waterarmer | waterarmst |
verbogen | waterarme | waterarmere | waterarmste |
partitief | waterarms | waterarmers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
waterarm [1]
- weinig water bevattend of ontvangend
Gangbaarheid
- Het woord waterarm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waterarm" herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be