wanner
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wan·ner
Woordherkomst en -opbouw
- naamwoord van handeling van wannen met het achtervoegsel -er[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wanner | wanners |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de wanner m
- (beroep) (landbouw) iemand die het kaf van het koren scheidt
- (techniek) (landbouw) apparaat dat het kaf van het koren scheidt
Synoniemen
- [2] wanmolen
Gangbaarheid
- Het woord wanner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.