wadjan
  • wad·jan
  • uit het Maleis
enkelvoud meervoud
naamwoord wadjan wadjans
verkleinwoord

de wadjanv

  1. (huishouden) (kookkunst) een halfronde holle pan (vergelijkbaar met een gehalveerde bal) die in de oosterse keuken wordt gebruikt
    • Snij de kip in stevige blokken. Beetje zout er over. Snij sjalotjes en lomboks (of Spaanse peper als je niet anders kan krijgen) ragfijn. Verhit een wadjan op hoog vuur, olie er in en bak de kip snel aan. Giet het meeste van de olie uit de pan en fruit skalot en lombok 5 minuten mee. Voeg nu 2½ dl heet water toe, en de tomaat en de mosterd en de suiker. Breng aan de kook en laat de kip nu heel rustig gaar worden. De saus moet lekker dik worden. [1] 
    • Dan de olie heet laten worden in de wadjan (ja, ja wok mag ook). Vlees er in, mooi bruin bakken, en dan de sjalotjes erbij, de knoflook, de kool en de prei en laat tien minuten garen. [2] 
46 % van de Nederlanders;
12 % van de Vlamingen.[3]
  1. De Telegraaf FELIX WILBRINK 16 aug. 2011 Ajam masak mosterd
  2. De Telegraaf 06 aug. 2014 Oer-Hollandse bami
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be