waarloos

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  waarloos    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• waar·loos

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van waar (stam van het verouderde werkwoord waren) met het achtervoegsel -loos

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	waarloos	waarlozer	waarloost
verbogen	waarloze	waarlozere	waarlooste
partitief	waarloos	waarlozers	-

Bijvoeglijk naamwoord

waarloos

1. (scheepvaart) (van alles wat als reservemateriaal ingescheept wordt) vervangend
2. zonder toezicht, onachtzaam

Verwante begrippen

• [1] waarzeil

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord waarloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.