waarheidsliefde
- waar·heids·lief·de
- samenstelling van waarheid zn en liefde zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waarheidsliefde | |
verkleinwoord |
- sterke geneigdheid om zich aan de waarheid te houden
- ▸ ' `Maar toch, Excellentie, als jullie mijn waarheidsliefde in twijfel trekken.[2]
- ▸ Ik ben een beetje laat om u aan uw gracieuze belofte te herinneren, maar mijn vriend - wiens waarheidsliefde u niet onbekend is -kan u verzekeren dat het niet aan mij ligt' Juist op dat moment zette de muziek een wals in.[2]
- Het woord waarheidsliefde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.