Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vrou·wen·ruil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vrouwenruil -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de vrouwenruilm

  1. (seksualiteit) praktijk waarbij mannen tijdelijk of blijvend elkaars vrouw als partner nemen
     Na een poosje gaf de gast te kennen dat hij voor een nacht een vrouwenruil op prijs zou stellen.[1]
Hyperoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Drie vertellingen van de eskimo's” (28 december 1990) op nrc.nl