vollegrondteelt
- Geluid: vollegrondteelt (hulp, bestand)
- IPA: / ˌvɔləˈɣrɔntelt / (4 lettergrepen)
- vol·le·grond·teelt
- samenstelling van volle grond zn en teelt zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vollegrondteelt | - |
verkleinwoord | - | - |
- (landbouw) tuinbouw in de open lucht
- ▸ Bij het kopen van het zaad moet er op gelet worden, dat het zaad inderdaad voor vollegrondteelt is.[1]
- Het woord 'vollegrondteelt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Centrale Vereniging voor Schoolwerktuinen“Kweekt zelf groente in tijden van nood : Eenvoudige handleiding” (1941), Kosmos, Amsterdam, p. 12