• volks·ver·lak·ke·rij
enkelvoud meervoud
naamwoord volksverlakkerij volksverlakkerijen
verkleinwoord - -

de volksverlakkerijv

  1. opzettelijk misleiden van een breed publiek
    • Langzaam maar zeker blijkt bovendien de Britse troetelchef Jamie Oliver een onvervalste leugenaar. Zijn nieuwste kookboek 15 minuten is het toppunt van volksverlakkerij. Volgens Jamie is het haalbaar om snel, doch uitgebreid te koken, maar diverse ervaringsdeskundigen – inclusief uw thuiskok van dienst – hebben inmiddels iets anders ondervonden. [2]
    1. (politiek) bedriegen van de bevolking
      • Gedurende de twintigste eeuw hebben kritische intellectuelen het argument verfijnd dat met de opkomst van massamedia er een onvermijdelijk element van demagogie, of gewoon volksverlakkerij, in de democratie was geslopen, iets wat haar waarachtigheid van binnenuit aantastte.[3] 
86 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[4]