vogelkopkatvogel
- (IPA in voorbereiding)
- vo·gel·kop·kat·vo·gel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vogelkopkatvogel | vogelkopkatvogels |
verkleinwoord | vogelkopkatvogeltje | vogelkopkatvogeltjes |
de vogelkopkatvogel m
- (zangvogels) Ailuroedus arfakianus een van de meer dan twintig soorten prieelvogels. De soort werd eerder als ondersoort van de zwartoorkatvogel (A. melanotis) beschouwd. De soort komt voor op een eiland ten westen van Nieuw-Guinea en de vogelkop . Er zijn twee ondersoorten
- Het woord 'vogelkopkatvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.