vijfhonderdentien

Nederlands

0	5	1	0

vijfhonderdentien,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vijfhonderdentien    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvɛifhɔndərtɛnˈtin / (5 lettergrepen)

Woordafbreking

• vijf·hon·derd·en·tien

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vijfhonderd ht,   en vw  en  tien ht 

Hoofdtelwoord

vijfhonderdentien

1. "510", langere vorm van vijfhonderdtien, vijfhonderd plus tien
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vijfhonderdentien euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vijfhonderdentien. 

Synoniemen

• vijfhonderdtien (deze kortere vorm wordt meer gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vijfhonderdentiende

hooftelwoord samengesteld met "vijfhonderdentien" ht als linkerdeel

• vijfhonderdentienduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vijfhonderdentien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.