vijfhonderdentachtig
0 | 5 | 8 | 0 |
vijfhonderdentachtig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: vijfhonderdentachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌvɛifhɔndərtɛnˈtɑxtəx / (6 lettergrepen)
- vijf·hon·derd·en·tach·tig
- samenstellende samenstelling van vijfhonderd ht, en vw en tachtig ht
vijfhonderdentachtig
- "580", langere vorm van vijfhonderdtachtig, vijfhonderd plus tachtig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft vijfhonderdentachtig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot vijfhonderdentachtig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- vijfhonderdtachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vijfhonderdentachtig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "vijfhonderdentachtig" ht als linkerdeel
- Het woord 'vijfhonderdentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)