vierhonderdenzesenzestig

Nederlands

0	4	6	6

vierhonderdenzesenzestig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenzesenzestig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈzɛsənˌsɛstəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·zes·en·zes·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  zesenzestig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenzesenzestig

1. "466", langere vorm van vierhonderdzesenzestig, vierhonderd plus zesenzestig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenzesenzestig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenzesenzestig. 

Synoniemen

• vierhonderdzesenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdenzesenzestig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenzesenzestigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenzesenzestig" ht als linkerdeel

• vierhonderdenzesenzestigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenzesenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.