vierhonderdenvijfentwintig

Nederlands

0	4	2	5

vierhonderdenvijfentwintig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenvijfentwintig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈvɛifənˌtwɪntəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·vijf·en·twin·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  vijfentwintig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenvijfentwintig

1. "425", langere vorm van vierhonderdvijfentwintig, vierhonderd plus vijfentwintig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenvijfentwintig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenvijfentwintig. 

Synoniemen

• vierhonderdvijfentwintig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdenvijfentwintig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenvijfentwintigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenvijfentwintig" ht als linkerdeel

• vierhonderdenvijfentwintigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenvijfentwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.