vierhonderdenvijfentachtig

Nederlands

0	4	8	5

vierhonderdenvijfentachtig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenvijfentachtig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈvɛifənˌtɑxtəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·vijf·en·tach·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  vijfentachtig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenvijfentachtig

1. "485", langere vorm van vierhonderdvijfentachtig, vierhonderd plus vijfentachtig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenvijfentachtig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenvijfentachtig. 

Synoniemen

• vierhonderdvijfentachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdenvijfentachtig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenvijfentachtigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenvijfentachtig" ht als linkerdeel

• vierhonderdenvijfentachtigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenvijfentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.