vierhonderdenvierentachtig

Nederlands

0	4	8	4

vierhonderdenvierentachtig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenvierentachtig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈvirənˌtɑxtəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·vier·en·tach·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  vierentachtig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenvierentachtig

1. "484", langere vorm van vierhonderdvierentachtig, vierhonderd plus vierentachtig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenvierentachtig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenvierentachtig. 

Synoniemen

• vierhonderdvierentachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdenvierentachtig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenvierentachtigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenvierentachtig" ht als linkerdeel

• vierhonderdenvierentachtigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenvierentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.