vierhonderdvierentachtig

Nederlands

       
0 4 8 4
vierhonderdvierentachtig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·vier·en·tach·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vierhonderdvierentachtig

  1. "484", het getal tussen vierhonderddrieëntachtig en vierhonderdvijfentachtig, vierhonderd plus vierentachtig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vierhonderdvierentachtig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdvierentachtig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdvierentachtig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierhonderdvierentachtig vierhonderdvierentachtigs
verkleinwoord vierhonderdvierentachtigje vierhonderdvierentachtigjes

Zelfstandig naamwoord

de vierhonderdvierentachtigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 484 is aangeduid
    • Als jij vierhonderdvierentachtig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

vierhonderdvierentachtig mv

  1. groep van 484 eenheden
    • Die vierhonderdvierentachtig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid