videostreaming
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vi·deo·strea·ming
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van video zn en streaming zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | videostreaming | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (informatica) (media) het streamen van beeldmateriaal
- De videostreaming nam een grote omvang aan.
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'videostreaming' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.