vetgezwel
- vet·ge·zwel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vetgezwel | vetgezwellen |
verkleinwoord | vetgezwelletje | vetgezwelletjes |
het vetgezwel o
- (medisch) goedaardige tumor van vetweefsel
- Het zuinige glimlachje van Mona Lisa kennen we allemaal. Maar hebt u wel eens gelet op die gelige vlek in de linkerooghoek van La Gioconda, of op het vetgezwel op haar rechterhand? "Onderhuidse gezwellen zoals Da Vinci die afbeeldde, wijzen op een aangeboren metabolismestoornis", zegt Dequeker. "Wie daaraan lijdt, loopt het risico op vroege leeftijd te sterven. We weten dat de vrouw op het schilderij niet ouder werd dan 37." [2]
- Het woord 'vetgezwel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vetgezwel" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 31 oktober 2006 Schilderijen op doktersbezoek
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be