Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vet·ge·zwel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vetgezwel vetgezwellen
verkleinwoord vetgezwelletje vetgezwelletjes

Zelfstandig naamwoord

het vetgezwelo

  1. (medisch) goedaardige tumor van vetweefsel
    • Het zuinige glimlachje van Mona Lisa kennen we allemaal. Maar hebt u wel eens gelet op die gelige vlek in de linkerooghoek van La Gioconda, of op het vetgezwel op haar rechterhand? "Onderhuidse gezwellen zoals Da Vinci die afbeeldde, wijzen op een aangeboren metabolismestoornis", zegt Dequeker. "Wie daaraan lijdt, loopt het risico op vroege leeftijd te sterven. We weten dat de vrouw op het schilderij niet ouder werd dan 37." [2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
85 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen