• ver·won·derd
  • vervoeging van verwonderen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen verwonderd verwonderder verwonderdst
verbogen verwonderde verwonderdere verwonderdste
partitief verwonderds verwonderders -

verwonderd [1]

  1. verbaasd
    • Verwonderd over het alledaagse[2] 
vervoeging van: verwonderen…
verbogen vorm: verwonderde

verwonderd

  1. voltooid deelwoord van verwonderen
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]