verwoesten
- Geluid: verwoesten (hulp, bestand)
- ver·woes·ten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verwoesten |
verwoestte |
verwoest |
zwak -t | volledig |
verwoesten
- overgankelijk totaal vernielen, niets intact laten
- Het noodweer verwoestte de ganse oogst.
1. totaal vernielen
- Het woord verwoesten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verwoesten" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be