vervoerssysteem

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vervoerssysteem    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·voers·sys·teem

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  vervoer zn  en  systeem zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vervoerssysteem	vervoerssystemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vervoerssysteem o

1. (verkeer) stelsel van voorzieningen dat zorgt voor het transport van mensen en goederen

   ▸ Treinreizigers legden de afgelopen tien jaar ruim 20 procent meer kilometers af. Ook in de steden is de druk op het vervoerssysteem merkbaar volgens de organisaties: ov-gebruik in de steden steeg met 5 procent.

   ▸ VVD-Kamerlid Ziengs zei in het NOS Radio 1 Journaal dat toeristen veel geld in het laatje brengen en daarmee goed zijn voor de werkgelegenheid, maar dat het vervoerssysteem nauwelijks op hen is ingericht.

Synoniemen

• transportsysteem, vervoersysteem

Vertalingen

    1. stelsel van voorzieningen dat zorgt voor het transport van mensen en goederen   

Engels: transport system (en)

Gangbaarheid

• Het woord vervoerssysteem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.