verontwaardigen
- ver·ont·waar·di·gen
- afleiding van verontwaardigd met het achtervoegsel -en [1]
verontwaardigen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verontwaardigen |
verontwaardigde |
verontwaardigd |
zwak -d | volledig |
- boos maken; woedend maken; sterk afkeuren
- Het zou ons tot op het bot moeten verontwaardigen dat de bombardementen, chemische aanvallen en wreedheden tegen de burgerbevolking nog steeds in alle vormen doorgaan. Het zou ons witheet van woede moeten maken dat de massamoord in Oost-Ghouta, een buitenwijk van Damascus, zich in volle hevigheid, maar onder onze internationale radar voltrekt. [3]
- Ik wil echter in deze uitspraak geen veroordeeling gelegd zien van onze maatschappelijke ontwikkeling. Het is even onzinnig de onafwendbare ontwikkeling der maatschappij goed of af tekeuren, als zich te verontwaardigen over den loop der jaargetijden. [4]
1. boos maken; woedend maken; sterk afkeuren
- Het woord verontwaardigen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ verontwaardigen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ HP de Tijd 23/02 | 2018 DOOR:PAUL GERAEDTS Terwijl wij ons vermaken, gaan de Syrische wreedheden door
- ↑ D.E. Siegenbeek van Heukelom (1899)– [tijdschrift] Gids, De De zelfmoord als peilschaal van het maatschappelijk geluk.