vergetelheid
- ver·ge·tel·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vergetelheid | vergetelheden |
verkleinwoord | vergetelheidje | vergetelheidjes |
de vergetelheid v
- vergeetachtigheid, het vergeten worden
- ▸ Maar onlangs heeft het sukkelende Vijfde Kanaal zich aan de vergetelheid ontrukt met de lancering van een naaktkalender. Die toont zwart-witte naaktfoto's van vrouwelijke verslaggevers en presentatoren, zonder hun gezichten, zonder intiemere zones, er is geen tepel te zien. Maar iedere vrouw heeft wel een militair attribuut: een camouflagenet over de borsten, een geweer over het kruis, een paar billen op een munitiekist.[2]
- Het woord vergetelheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vergetelheid" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Wessel de Jong“Oekraïense tv-zender steunt leger met naaktkalender” (Vrijdag 30 december, 21:03), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be