verdedigingsmuur
- ver·de·di·gings·muur
- samenstelling van verdediging zn en muur zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verdedigingsmuur | verdedigingsmuren |
verkleinwoord | verdedigingsmuurtje | verdedigingsmuurtjes |
de verdedigingsmuur m
- (militair) een muur die dient om de vijand tegen te houden
- (figuurlijk) de verdediging van een sportteam tijdens een sportwedstrijd
- ▸ Net als in het groepsduel domineerde Nederland vanaf het begin. De Belgische verdedigingsmuur, met aan het hoofd de prima keepende Aisling D'Hooghe, bleek echter weer een gedegen stukje metselwerk.[1]
- ▸ Voor overwintering volstond voor Rostov een gelijkspel en dat was te zien aan de speelwijze. Bij een aanval van PSV wierpen de Russen een acht man sterke verdedigingsmuur op en daar was geen doorkomen aan. Bart Ramselaar probeerde het om die reden met afstandsschoten: het eerste ging over en het tweede naast.[2]
- (figuurlijk) verdediging bij andere situaties
- ▸ Sinds begin augustus had ze een ruime voorsprong in al deze staten. Met nog vier dagen te gaan tot de verkiezingsdag is echter de eerste barst ontstaan in deze verdedigingsmuur. Volgens peilingsite RealClearPolitics is het nu 'too close to call' in New Hampshire. Voor het eerst heeft Trump daarmee een potentiële route gevonden die naar het Witte Huis kan leiden.[3]
- Het woord verdedigingsmuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Hockeysters pakken in eigen huis Europese titel” (26 augustus 2017, 21:24), NOS
- ↑ Weblink bron “PSV klaar in Europa na doelpuntloos gelijkspel” (6 december 2016, 22:38), NOS
- ↑ Weblink bron “Barsten in de 'blue firewall' van Hillary Clinton” (5 november 2016, 11:30), NOS