Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • vaan·tjes·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vaantjesboom vaantjesbomen
verkleinwoord vaantjesboompje vaantjesboompjes

Zelfstandig naamwoord

de vaantjesboomm

  1. (bloemplanten) Davidia involucrata   een loofboom. Veelal wordt deze soort ingedeeld in de familie Nyssaceae  . De boom is bekend om zijn bloeiwijze, waarbij de twee grote schutbladen aan zakdoekjes doen denken. In Nederland zijn voor zover bekend slechts enkele volwassen exemplaren. In dit klimaat kan de boom tot 12 m hoog worden. De boom komt van nature voor in Centraal- en West-China en wordt daar tot 20 m hoog
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie