uitstralingsvermogen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·stra·lings·ver·mo·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord uitstralingsvermogen uitstralingsvermogens
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het uitstralingsvermogeno

  1. (natuurkunde) het vermogen (de mogelijkheid) van lichamen om energie uit te stralen

Gangbaarheid