touwladder
- Geluid: touwladder (hulp, bestand)
- touw·lad·der
- samenstelling van touw en ladder [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | touwladder | touwladders |
verkleinwoord | touwladdertje | touwladdertjes |
- een ladder met buigzame ladders die aan een bevestigingspunt hangen en waarvan de sporten vaak wel van hout zijn
- Everink was een ontdekkingsreiziger, de Livingstone van de reisbranche. Hij speurde naar dat ene onontdekte terrasje, dat alleen per touwladder bereikbaar was, en waar je zo leuk handgevangen vis kon eten als je het juiste wachtwoord gaf aan de oude visser tien stappen links van de blauwe steiger. [2]
- weeflijnen tussen de zijstagen
- Het woord touwladder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "touwladder" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Arjen van Veelen 7 maart 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be