tokke

Niet te verwarren met: Tokke, tokkeh

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tokke    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈtɔkə/

Woordafbreking

• tok·ke

Woordherkomst en -opbouw

• tw: klanknabootsing
• zn: van Italiaans tocca
• ww:  tok ww  met de uitgang -e

Tussenwerpsel

tokke

1. tikkend geluid snel gevolgd door eenzelfde geluid

   ▸ Tok, tokke, tok, daar vallen de drie gemarmerden tegelijk naar beneden.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	tokke	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de tokke v

1. (verouderd) met zilver of goud doorweven zijde of fluweel

Schrijfwijzen

• tocke

Hyperoniemen

• brokaat

Werkwoord

vervoeging van
tokken

tokke

1. aanvoegende wijs van tokken

Gangbaarheid

• Het woord 'tokke' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.