Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·ring·her·rie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord teringherrie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de teringherriev / m

  1. (pejoratief) erg luid en daardoor ergerlijk lawaai
     Op campings is dat heel duidelijk. "Steevast staan nieuwkomers kritischer ten aanzien van het recreatielawaai dan de habitués." Wat de een gezellig vindt noemt de ander een teringherrie.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Karel Knip
    “Zo kan het ook” (5 oktober 1985) op nrc.nl