talligheid
![]() |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: talligheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tal·lig·heid
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van tweetallig, drietallig enz. met het achtervoegsel -heid.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | talligheid | talligheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
talligheid v
- (beschrijvende plantkunde) het aantal kroonblaadjes waaruit een bloem gevormd is
- De talligheid (=aantal kroonblaadjes) is bij het determineren van belang en ook de vraag of de kroonbladen los of vergroeid zijn.[1]
- (kristallografie) het aantal symmetrie-elementen van een rotatieas.
- Zo kunnen zich bundels vormen van axiale symmetrie, maar overigens willkeurige talligheid.[2]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'talligheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Naamgeving onderdelen van planten
- ↑ De molecularisering van het wereldbeeld; Henk Kubbinga; Uitgeverij Verloren, 2003;ISBN 9065507329, ISBN 9789065507327