Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • taal·cen·trum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taalcentrum taalcentrums
taalcentra
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het taalcentrumo

  1. organisatie die zich bezighoudt met zaken die te maken hebben met taal
     Gryps BV valt onder de VU-holding Geesteswetenschappen waar ook Taalcentrum-VU en het Archeologisch Centrum deel van uitmaken.[1]
     Jennifer Bekhuis uit Tubbergen heeft deze week een taalcentrum geopend in basisschool De Wiekslag aan de Bruno van Ommenstraat 34 in Tubbergen.[2]
  2. deel van de hersenen dat essentieel is voor het gebruik van taal
     Tot slot willen we het nog hebben over een vreemd proces dat zich voordoet wanneer de taalcentra in je hersenen al op jonge leeftijd beschadigd raken. Onze hersenen zijn ongelooflijk kneedbaar. Wanneer je linkerhersenhelft beschadigd raakt, kan het namelijk zijn dat je taalvermogen zich in je rechterhersenhelft gaat ontwikkelen.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Vrije Universiteit vermarkt wetenschappelijke kennis” (08-11-2010), Reformatorisch Dagblad
  2.   Weblink bron “Taalcentrum om Engels te leren in basisschool Tubbergen” (23-04-2015), Tubantia
  3.   Weblink bron “Het gebied van Broca en taalproductie” (03 november, 2018), verkenjegeest.com