• strip·fi·guur
enkelvoud meervoud
naamwoord stripfiguur stripfiguren
verkleinwoord stripfiguurtje stripfiguurtjes

stripfiguur v/m/o

  1. een figuur uit stripboeken
    • De leukste stripfiguur. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be