strijkconcert
- strijk·con·cert
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | strijkconcert | strijkconcerten |
verkleinwoord |
het strijkconcert o
- (muziek) muziekstuk met alleen maar strijkinstrumenten
- Soms, als hij niet kan slapen, zet zijn vader klassieke muziek voor hem op. 'Dan is het wel fijn', al kan hij niet vertellen of dat dan een opera of strijkconcert is.Maar Wagners Ring der Nibelungen herkent hij wel.[2]
- Neem bijvoorbeeld het strijkconcert bij de familie Wesp in de eerste aflevering, waarin Erik uitgenodigd wordt om een partijtje contrabas te spelen op een bromvlieg. Zo'n oude bromvlieg, waarop gefiedeld moet worden, dat moet toch treffend verbeeld kunnen worden op televisie, omdat je meer technische hulpmiddelen tot je beschikking hebt dan op toneel.[3]
1. muziekstuk voor strijkinstrumenten
- Het woord strijkconcert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Volkskrant Jeroen Junte 28 juni 2000
- ↑ NRC Paul Steenhuis 4 maart 1995