• stank·over·last
enkelvoud meervoud
naamwoord stankoverlast
verkleinwoord

de stankoverlastm

  1. hinder veroorzaakt door een nare geur
    • Het huishouden met de 40 slecht verzorgde katten veroorzaakte veel stankoverlast. 
    • De lekkere geur die van de fabriek komt tijdens het pepernotenseizoen zou ik geen stankoverlast willen noemen.