Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • staats·ruif
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord staatsruif staatsruiven
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de staatsruifv / m

  1. (regering) schatkist van de staat
    • de zinsnede 'eten uit de staatsruif' is al een begrip geworden 

Gangbaarheid