• spie·le·rei
enkelvoud meervoud
naamwoord spielerei spielereien
verkleinwoord spielereitje spielereitjes

de spielereiv

  1. iets dat je moet zien als een spelletje omdat het onbelangrijk is
    • Het had spielerei kunnen zijn maar evengoed serieus. Door er meteen mensen op af te sturen werkt het preventief en deëscalerend; misstanden worden in de kiem gesmoord. [2] 
    • Verhagen noemt de vertoning een soort 'Big Brother'. "Het is een reality show die vooral leuk amusement oplevert." Maar verder duidt hij Trumps campagne als 'spielerei'. "Het is niet serieus. Hij is een narcist. Een Moszkowicz in het kwadraat, een Peter R. tot de derde macht." Omdat Trump geen enkel beleidsplan klaar heeft liggen, valt hij volgens Verhagen vanzelf door de mand. Pas volgend jaar zullen de stemmers zich echt in de kandidaten verdiepen. "En als kiezers zich gaan concentreren, vallen de idioten het eerste af." [3] 
    • Al in Doha kreeg Haase een bericht vanuit het kamp van Federer of hij met de Zwitser wilde trainen. Ze maakten een afspraak voor deze zondag in Melbourne. Federer spart graag met de Nederlander. "Het blijft altijd bijzonder, ook om op die baan te trainen", zei Haase. De training was een minuut of 20 open voor de pers. De twee hadden tussen de rally’s door tijd voor spielerei. "We dollen altijd wel wat. Dan weer in het Duits, dan weer het Engels." [4] 
72 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[5]