Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spiek·brief·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord spiekbriefje spiekbriefjes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het spiekbriefjeo dim. tant. [1]

  1. (onderwijs) papiertje met aantekeningen waarvan wordt gespiekt
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

het spiekbriefjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord spiekbrief

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen