• soor·ten·rijk
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen soortenrijk soortenrijker soortenrijkst
verbogen soortenrijke soortenrijkere soortenrijkste
partitief soortenrijks soortenrijkers -

soortenrijk

  1. met veel biologische soorten
     Wilson zelf gaf alle eer aan zijn leermeester Philip Darlington, die in zijn boek Zoogeographyuit 1957 opmerkte dat de reptielen en amfibieën van de West- Indische eilanden bij elke vertienvoudiging van de eilandgrootte tweemaal zo soortenrijk werden.[1]
  1. “Waarom zijn er zoveel soorten” (2016), Atlas Contact  , ISBN 9789045031422