snelheidsbegrenzer

  • snel·heids·be·gren·zer
enkelvoud meervoud
naamwoord snelheidsbegrenzer snelheidsbegrenzers
verkleinwoord - -

de snelheidsbegrenzerm

  1. voorziening in motorvoertuigen om rijden boven een bepaalde maximumsnelheid tegen te gaan
    • Vooral de voor de snorscooters gebruikte snelheidsbegrenzers blijken zeer milieuonvriendelijk. De motor gebruikt daardoor meer brandstof en stoot dus meer koolmonoxide en stikstofdioxide uit. Overigens zijn de snelheidsbegrenzers gemakkelijk onklaar te maken, waardoor de snorfiets sneller kan dan voor zijn type is toegestaan. [2]