• slip·tong
enkelvoud meervoud
naamwoord sliptong sliptongen
verkleinwoord sliptongetje sliptongetjes

de sliptongv / m

  1. (visserij) feitelijk te kleine tong (Solea solea  ) die toch bij de vangst is meegekomen
  • Vaak verkeerd geschreven als "slibtong".
93 % van de Nederlanders;
59 % van de Vlamingen.[2]