sleperswagen
- sle·pers·wa·gen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sleperswagen | sleperswagens |
verkleinwoord | sleperswagentje | sleperswagentjes |
de sleperswagen m
- lange wagen die men gebruikt voor het vervoer van lange vrachten
- ▸ Voor hen ratelde een vrachtrijder in een hotsende lege sleperswagen.[2]
- Het woord 'sleperswagen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.