Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • schuld·hulp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schuldhulp schuldhulpen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de schuldhulpv / m

  1. (economie) traject waarin individuen geholpen worden om hun financiële schulden af te gaan lossen (saneren)
     Joke de Kock, manager schuldhulpverlening bij de gemeente Tilburg, verwacht dat de grote stroom richting schuldhulp over een paar maanden begint.[1]
     Afhankelijk van hoe groot je geldproblemen zijn, kun je worden doorverwezen naar een van deze hulpvarianten: Online zelfhulp, Online hulp van een vrijwilliger van de organisatie fiKks, Hulp van een lokale vrijwilliger, bijvoorbeeld van Humanitas of SchuldHulpMaatje, Professionele schuldhulp of schuldhulpverlening via een aantal gemeentes[2]
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Zorgen over oplopende armoede door corona: 'Alle seinen staan op rood'” (09-05-2020), NOS
  2.   Weblink bron “Als je vaak rood staat gaat je bank je doorverwijzen naar schuldhulp” (30-10-2019), NOS