schromeloos

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schromeloos    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schro·me·loos

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van schroom met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -e-

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	schromeloos	schromelozer	schromeloost
verbogen	schromeloze	schromelozere	schromelooste
partitief	schromeloos	schromelozers	-

Bijvoeglijk naamwoord

schromeloos

1. zonder schroom

   •  

Synoniemen

• brutaal, onbeschroomd

Gangbaarheid

• Het woord schromeloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.