• sa·ven
  • Afgeleid van het Engelse save.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
saven
savede
gesaved
zwak -d volledig

saven

  1. overgankelijk schrijven van digitale gegevens naar een gegevensdrager
    • Ik heb mijn gegevens gesaved. 
47 % van de Nederlanders;
58 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be