Nederlands

 
sambaballen
Uitspraak
Woordafbreking
  • sam·ba·bal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sambabal sambaballen
verkleinwoord sambaballetje sambaballetjes

Zelfstandig naamwoord

de sambabalm

  1. (muziekinstrument) ovaalronde bol met handvat, gevuld met (rijst)korrels

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be