• sal·ve

[A] salve

  1. wees gegroet (ter verwelkoming of als afscheid)
     En toen was de reiziger uit het onbekende verdwenen, hij verdween hier van deze bank. Hij was er niet meer. We hadden het immers zelf ondervonden? Vale. Salve.[4]
     Den 4. April, hielp ik hem ter aarde bestellen, in het schoone Geldersche Oosterbeek, waar hij, sedert 1844, zijn lieflijk Otium kalm bewoonde, en aan zijne vrienden het in den huisdorpel gegrifte Salve - Welkom! - van harte toeriep, als zij hem daar, op zijn keurig landgoed kwamen bezoeken, in zijne werkzame avondrust.[5]

[B] salve

  1. verouderde spelling of vorm van zalf tot 1805
      Dese Salve is den soodanigen vorderlijck, die van de hitte van de Son, of van den brandt der koortsen gequelt zijn.[6]
  1. salve op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Arthur Kooyman
    Meer voorbeelden van namaak-buitenlands in: Onze Taal., jrg. 60 nr. 1 (januari 1991), Genootschap Onze Taal, Den Haag, p. 11
  3. Middelnederlandsch Woordenboek
  4.   Weblink bron
    F. Bordewijk
    “Verzamelde verhalen : De Aktentas” (1986), Nijgh & Van Ditmar, 's-Gravenhage, ISBN 9023656245, p. 221 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren  
  5.   Weblink bron
    Jan J.F. Wap
    Levensberigt van Mr. Jan van 's Gravenweert. (30 maart 1870) in: Handelingen der algemeene vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, gehouden aldaar den 16den Juni 1870, in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen., E.J. Brill, Leiden, p. 681
  6.   Weblink bron
    Jac. Bontius (eds. George Marggrav & Willem Piso)
    “Oost- en West-Indische Warande. Vervattende aldaar de leef- en genees-konst. Met een verhaal van de speceryen, boom- en aard-gewassen, dieren &c. in Oost- en West Indien voorvallende.” (1694), Jan ten Hoorn, Amsterdam, p. 139


vervoeging van
salvar

salve

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van salvar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van salvar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van salvar